Algemene informatie
Vakcode | E_EBE3_TO |
---|---|
Studiepunten | 6 EC |
Periode | P3 |
Vakniveau | 200 |
Onderwijstaal | Nederlands |
Faculteit | School of Business and Economics |
Vakcoördinator | mr. J. Gooijer |
Examinator | mr. J. Gooijer |
Docenten |
Praktische informatie
Voor dit vak moet je zelf intekenen.
Voor dit vak kun je last-minute intekenen.
Werkvormen | Werkcollege, Hoorcollege |
---|
Doelgroepen
Dit vak is ook toegankelijk als:
Doel vak
Studenten die voor dit vak zijn geslaagd:- hebben kennis van en inzicht in de Nederlandse inkomstenbelasting, in
het bijzonder ten aanzien van de onderdelen winst uit onderneming (box
I, o.a. het fiscale ondernemingsbegrip, het fiscale winstbegrip met zijn
onderverdeling in totaalwinst en jaarwinst, specifieke
jaarwinstbepalingen, verliesverrekening en stakingswinst), de inbreng in
de bv en het aanmerkelijk belang (box II) (Bridging Theory and Practice
- Knowledge);
- hebben kennis van en inzicht in de hoofdlijnen van de Nederlandse
vennootschapsbelasting (belastingplicht, winstbegrip, kapitaalbegrip,
deelnemingsvrijstelling en fiscale eenheid) (Bridging Theory and
Practice - Knowledge);
- hebben kennis van de hoofdlijnen van de omzetbelasting en de
loonheffingen (loonbelasting en premies volksverzekeringen) en het
formele belastingrecht (Bridging Theory and Practice - Knowledge);
- kunnen in een casus fiscale problemen met betrekking tot de genoemde
belastingen onderkennen, analyseren en oplossen (Bridging Theory and
Practice - Application);
- kunnen de rollen en verantwoordelijkheden van de verschillende
‘stakeholders’ bij de belastingheffing van ondernemingen benoemen (‘tax
policy’, maatschappelijke verantwoordelijkheid en ‘fair share’,
horizontaal toezicht en ‘Tax Control Framework’) (Bridging Theory and
Practice - Knowledge; Academic and Research Skills).
Inhoud vak
Het vak geeft studenten kennis van en inzicht in de Nederlandsebelastingen waarmee een onderneming te maken heeft. Ingegaan wordt op de
hoofdlijnen van Nederlandse inkomstenbelasting voor zover relevant voor
de onderneming: het fiscale ondernemingsbegrip, het fiscale winstbegrip
met zijn onderverdeling in totaalwinst en jaarwinst, specifieke
jaarwinstbepalingen, verliesverrekening en stakingswinst, de inbreng in
de bv en het aanmerkelijk belang. Ook de hoofdlijnen van de Nederlandse
vennootschapsbelasting komen aan bod: de belastingplicht voor de
vennootschapsbelasting, het winst- en kapitaalbegrip, de
deelnemingsvrijstelling en de fiscale eenheid. Tevens komen aan de orde
de hoofdlijnen van de omzetbelasting en de loonheffingen (loonbelasting
en premies volksverzekeringen) en het formele belastingrecht. Aan de
hand van cases zullen de hoofdlijnen van genoemde belastingen worden
toegepast.
Omdat de verplichtingen die voortvloeien uit de genoemde belastingen
niet alleen de onderneming zelf aangaan, komt tijdens het vak ook de
relatie met andere ‘stakeholders’ aan bod (bijvoorbeeld de
belastingdienst en de samenleving als geheel). Aandacht wordt besteed
aan verticaal en horizontaal toezicht, het ‘tax control framework’, de
maatschappelijke verantwoordelijkheid en de ‘fair share’-gedachte.
Onderwijsvorm
Hoorcolleges.Werkcolleges.
Gastcolleges.
Toetsvorm
Schriftelijk tentamen - individuele beoordeling.Literatuur
Bresser, H. e.a., Belastingrecht in hoofdlijnen, Fed FiscaleStudieserie, deel 38, Deventer: Kluwer, laatste druk.
Wetboek: Wetgeving belastingrecht 2018, Boom Juridisch
Aanvullende (verplichte) literatuur wordt bekendgemaakt op Canvas.